Oude Testament

docent: ds. Gerhard Scholte
aantal lessen: ieder jaar 8, in totaal ca 24 lessen
versie 2025 – 2026

Meer en meer wordt onderkend dat de gebruikelijke naam van dit vak, het Oude Testament (afgekort OT), tekortschiet. De indruk kan worden gewekt dat het verouderd en achterhaald is. Zeker vergeleken met het Nieuwe Testament. Gelukkig begint men ook in christelijke traditie(s) te ontdekken dat ‘oud’ geen synoniem is voor ‘verouderd’. De Joodse naam voor het Oude Testament is TeNaCH.  Het is een anagram voor Thora, NebiimIn het eerste TVG-jaar staat de Thora centraal, de eerste vijf boeken van de Bijbel. In het tweede jaar komen de Profeten en in het derde jaar de Geschriften aan de orde. en Chetubim. In het Nederlands: Onderwijzing, Profeten en Geschriften. 

Het komende cursusjaar 2025-2026 betreden we de wereld van de profetische boeken. Voor het voetlicht komen o.a. de ‘grote en kleine profeten’: Jesaja – Ezechiel enerzijds en anderzijds de 13 (christelijke indeling) of 12 (joodse indeling) kortere profetenboekjes (Daniel/ Hosea – Maleachi). En we horen van de ‘vroege en late profeten’, de joodse onderverdeling, die duidelijk verschilt van de christelijke. 

We zullen uit de heel verschillende boeken weer korte tekstfragmenten lezen en samen bespreken, om ons zelf in de leefwereld van de profeten te kunnen oriënteren. En bij het bespreken van teksten ook putten uit de Rabbijns-Joodse en Christelijke commentaren.

Het belangrijkste doel van dit vak is zelf te proeven van de verschillende soorten teksten in het Oude Testament, zodat de cursist zelfstandig de meerduidigheid van teksten leert op te zoeken, zoals een Rabbijnse wijsheid wil meegeven: ‘Elke Bijbelse Tekst heeft zeventig gezichten’. Daarnaast besteden we aandacht aan vragen die samenhangen met het ontstaan van het OT, de boeken van het OT in verschillende tradities (de canon), verschillende vertalingen en manieren van vertalen en de plaats van het OT in preek en theologie.

Gerhard Scholte werkte na zijn studie theologie (ThU Kampen), enkele jaren als docent Sociale Ethiek in Zwolle, vervolgens als predikant in Noordwijk en Noordwijkerhout, daarna als studentenpredikant in Dschang/Kameroen en tot voor kort als predikant van de Keizersgrachtkerk in Amsterdam. Hij werkt sinds jaar en dag – ‘als belangrijkste hobby’ – aan eigenhandige vertalingen van Bijbelse teksten. Deze liggen aan de basis van een aantal leerhuizen, o.a. in de Dominicuskerk en verschillende PKA-kerken in Amsterdam. Vanaf 2016 is hij voorzitter van het Amsterdamse Gelagkameroverleg – Ongedocumenteerden, het maandelijkse overleg van ruim 30 stedelijke ngo’s en organisaties die zich dagelijks inzetten met en voor mensen zonder papieren in A’dam.