Afscheidsrede cursistendag 2016

Afsluiting TVG cursusjaar 2015-2016

 

 

Bram de Witte hield namens de 3e jaars een afscheidsrede die hier integraal is opgenomen.

 

 

Dames en heren,

Drie jaar weer terug in de schoolbanken voor de theologie. Als je begint weet je nog niet wat je te wachten staat, maar na drie jaar begint het te dagen hoe breed de cursus is opgezet. Ik probeer in deze afscheidsspeech enkele dingen daarvan op een rij te zetten. Soms in dichtvorm dan weer in proza .

Een cursus theologie voor leken,
dat kon de meesten van ons wel aanspreken.
Vakken waar we nog nooit over lazen,
kunnen ons nu niet meer verbazen.

Het O.T. werd gedoceerd door cursusleider André.
Hij nam ons grondig in het Hebreeuws mee
van tohoe wah bohoe, de totale leegte toe
tot Adama, Adam en Edom, aarde en mens, bloed
of bloedrode mens die de schepping voltooien doet.

In de lessen ethiek zette Coen ons aan het denken.

Wat is goed of wat is kwaad
als het over de gezondheidszorg gaat.
Laten we de markt zijn werk doen,
dan gaat het altijd weer om de poen.
Of kan het geen kwaad
als de overheid haar mannetje staat?

Dat Bijbellezen beïnvloed wordt door je contextuele bril,
daar stond Rommie Nauta met ons bij stil.
Ze liet ons in de Bijbelverhalen juist zien
die vrouw wordt daar als volwaardig gezien.
Dus zet je culturele bril maar eens op.
Kijk als een Afrikaan naar: Talitha cumi of meisje sta op.

Het denken over theologie is al van eeuwen oud.
Over de synodes van Nicea en Chalcedon
wat men daar wel en niet geloven kon.
Wilken wist ons te boeien voor oude tijden,
al liet hij zich soms naar het heden verleiden.

Om geloof en denken te verbinden
liet Jan Bruin ons met de filosofie kennismaken.
Van Plato en Aristoteles, Augustinus
kwamen ideeën over Gods bestaan voorbij
“als datgene waar boven niets gedacht kon worden“.
Dat is wat Anselmus zei.
Jos de Heer leerde ons opnieuw het NT lezen
op de manier die in veel kloosters werd bedreven.
De Lectio divina, lezen niet alleen met het hoofd,
zodat je meer mediterend met het hart gelooft.
Kostbaar waren in zijn lessen de gesprekken.
Met hem gingen we cruciale vragen niet uit de weg.
Zijn lessen bleven mij het meest bezig houden:
zoekend en overleggend naar mijn eigen geloofswaarden te behouden.

Harmen de Vries stond als hij lesgaf niet alleen voor de klas,
maar ook voor alles wat hij uit de Bijbel las.
Een ding mochten we nooit vergeten te noemen:
de uitspraak waar Nicea zich op kon beroemen.
Jezus was één wezen met de Vader.
De twee naturen: ongedeeld, ongescheiden, onvermengd en onveranderd.
Sprak hij over het Koninkrijk der hemelen is nabij,
dan leven we tussen het reeds en nog niet is, wat hij wijs zei.

Door ziekte van Harmen zette ds. Reefhuis uit Santpoort
de lessen dogmatiek voort.
Zonde doet iets met de mens,
zodat zijn leven niet meer is naar Gods wens.
Het evangelie brengt ons echter van dat duistere gedoe
naar het licht van Jezus Christus toe.
Begin daarom altijd bij het licht,
ook al is het duister nog zo in zicht.

Wat moet ik nog zeggen over liturgie?
Van liedboek tot inrichting van een basiliek,
het was allemaal Nienke’s werkveld.

Tenslotte nog diaconaat en pastoraat,
waar het om de ondersteunende en  sociale rol van de kerk gaat.
Onder de bezielde leiding van Riekje en Herman Noordegraaf
kwam zo de praktijk van het gemeenteleven weer aan bod, heel gaaf.

Tenslotte:
Als groep zijn  we drie jaar met elkaar opgetrokken, dat is best bijzonder.
Ik moest denken aan de begintekst van een oud gezang:
“Meester men zoekt u wijd en zijd, komend langs velerlei wegen“.
Want we kwamen van diverse richtingen, van niet-gelovig, liberaal, evangelisch en daartussen de heerlijk praktische mensen van het Leger des Heils. Zoekend, luisterend verdiepten we ons ook in elkaar. Waren blij met duidelijke vragen, of juist concretisering als het te vaag werd. Ieder had zo zijn bijdrage in de discussies en dat maakte de lessen tot een waardevol geheel.

Theologie bedrijven en je geloof bewaren? zegt men vaak. Niet alles werd zomaar geslikt, soms was het best confronterend en moest ik vaak denken hoe staat het er ook allemaal weer.

En nu, terug naar de kerk, je Bijbel thuis, je hart met alle kennis die je hebt opgedaan. Met de opgedane kennis kun je sommige vraagstukken beter verstaan.
Maar zoals in 1 Cor. 13 staat: al zou ik alle kennis bezitten….maar had de liefde niet, dan was ik niets.